Een paar schrijftips

Als iemand die schrijft als hobby (en als beroep in een paar jaar hoop ik) weet ik er wel een paar dingen over. Vandaag ga ik jullie een paar tips geven over het schrijven van een boek of verhaal. Ik schrijf al boeken sinds ik 8 jaar oud was. Natuurlijk waren de verhaaltjes die ik schreef als 8-jarige heel slecht vergeleken met het project waar ik nu mee bezig ben. Je moet gewoon veel oefenen. Veel verhalen schrijven, klein of groot.

Oefenen

Mijn eerste tip is daarom ook dat je veel moet oefenen. Begin met kleine verhaaltjes van een paar hoofdstukken. Ga daarna voor grotere projecten. Denk niet dat een verhaal schrijven heel makkelijk is. Er gaat heel veel tijd inzitten al wil je een beetje een goed, kloppend verhaal hebben. Er moeten bijvoorbeeld geen ‘plotholes’ in je verhaal zitten. Plotholes zijn, grof gezegd, gewoon fouten in de verhaallijn.

Karakters

Mijn volgende tip gaat over de karakters die je in je boek of verhaal gebruikt. De karakters moeten compleet zijn. Wat ik hier mee bedoel is dat al je karakters een eigen verhaal moeten hebben. Ik bedoel hier niet mee dat je voor die random gast die je hoofdpersoon tegenkomt op de markt een heel verhaal moet gaan schrijven, ik bedoel hiermee dat je goed moet nadenken over het achtergrondverhaal van de karakters die je gebruikt. Ik vind het altijd makkelijk om de karakters die ik in mijn verhalen gebruik te zien als echte, bestaande personen. Echte personen hebben vrienden, familie, angsten, huisdieren, enzovoort. Het is belangrijk dat je over dat soort simpele dingen nadenkt.

Doe research

Het is zeer belangrijk dat je een beetje kennis hebt over wat je schrijft. Als je hoofdkarakter een of andere gedragsstoornis heeft, doe daar dan research over. Je moet niet over een willekeurig ding schrijven als je er niets over weet. Dit klinkt misschien logisch, maar er zijn genoeg mensen die dit niet doen.

Check, check dubbelcheck

Het is zeer belangrijk dat er geen spel en tikfouten in je verhaal zitten. Daarom moet je je verhaal ook vaak overlezen, zodat je alle foutjes eruit kan halen. Meestal is het zo dat je fouten pas later ziet, daarom moet je ook even je werk laten ‘rusten’. Ga een paar uurtjes wat anders doen, denk niet meer aan je verhaal in die tijd en ga een paar uur even shoppen ergens ofzo. Daarna pak je je verhaal er weer bij en checkt weer op fouten. Nu is het makkelijk om fouten te vinden.

Noteer

Ik heb zelf heel vaak dat ik een goed idee heb, maar ik vergeet het op te schrijven en ben het daarna ook kwijt. Als je dus een leuk idee hebt voor een verhaallijn, karakter, enzovoort. Schrijf het op!

Dat waren mijn tips. Ik hoop dat jullie er iets aan hebben voor de volgende keer dat je een verhaaltje schrijft.

Goodbye